Meerle

Parochie Meerle

Meerle was aanvankelijk, een bijkerkje van Baarle. Op het einde van de veertiende eeuw, tussen 1369 en 1400 verwierf het de status van een zelfstandige parochie.
Het patronaatsrecht was zoals in Baarle in de handen van de abdij van Thorn. Sint-Salvator was de patroonheilige en er waren drie kapelanijen: toegewijd aan de Heilige Geest, het Heilig-Kruis en Onze-Lieve-Vrouw. Verder waren er nog twee kleinere kapelanijen, van de apostelen, Petrus en Paulus en van Sint-Anna. In het gehucht Meersel, behorende tot Meerle lag de Sint-Quirinus- en Sint-Luciakapel. Ze zou stammen uit de vijftiende eeuw. Na het Verdrag van Munster in 1648 werd Meerle veel bezocht door katholieken uit de Noordelijke Nederlanden. Er zou zelfs een veldkerk zijn gebouwd. Dit viel niet in goede aarde bij de pastoor van Meerle, die vreesde dat zijn kerk er schade door zou leiden omdat de kapel te dicht bij was. Het gebruik van Meerle als toevluchtsoord ging zo ver dat er vele katholieken uit de Noordelijke Nederlanden werden gevormd.